Waarderingsgrondslagen
De jaarrekening is onder andere gebaseerd op de Regeling beleidsvoorbereiding en verantwoording waterschappen en hoofdstuk 4 van het Waterschapsbesluit.
Baten en lasten
De baten en de lasten worden toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben. Winst wordt genomen zodra deze is gerealiseerd, terwijl een verlies wordt verwerkt zodra dit bekend is.
Activa en passiva
Voor zover niet anders is vermeld, zijn de activa en passiva opgenomen tegen nominale waarden.
Voor de investeringen en de nieuwe investeringen gelden de afschrijvingstermijnen zoals opgenomen in de Verordening financieel beheer.
De materiële vaste activa worden gewaardeerd tegen historische kostprijs onder aftrek van afschrijvingen gebaseerd op de verwachte economische levensduur en duurzame waardeverminderingen.
De uitzettingen met een kortere looptijd dan 1 jaar, de overige kortlopende vorderingen en de overlopende activa zijn gewaardeerd tegen nominale waarde. De liquide middelen betreffen direct opeisbare tegoeden.
Afschrijving
Er vindt lineaire afschrijving plaats. Ook hanteert GBLT het uitgangspunt dat pas na ingebruikname van de investering, de exploitatie wordt belast voor rente en afschrijving. GBLT hanteert onderstaande afschrijvingstermijnen.
Activa | Termijn in jaren |
Gebouwen en verbouwingskosten | 10 |
Inventaris | 10 |
Hardware | 5 |
Infrastructuur | 5 |
Laptops en mobiele telefoons | 3 |
Aanschaf- en implementatiekosten Belastingsysteem | 5 |
Software, licenties en dergelijke | 5 |
Dienstauto's | 6 |
Onderzoek en ontwikkeling | 5 |
Overige immateriële vaste activa tenzij gemotiveerd wordt dat een andere periode passender is. | 4 tot 5 |
Gebeurtenis na balansdatum
Het coronavirus (Covid-19) waait sinds februari 2020 rond in Nederland. Vanuit het ministerie zijn maatregelen afgekondigd ter voorkoming van verdere verspreiding van het virus. Deze maatregelen perken de bewegingsvrijheid van de inwoners van Nederland in en hebben dan ook zijn weerslag op GBLT.
Mocht door de maatregelen de productie tot stilstand komen, biedt de relevante wetgeving drie jaar ruimte om de achterstanden in te halen, echter met mogelijk negatieve consequenties op de oninbaarheid. Dit kan resulteren in een financiële impact op de belastingopbrengsten van de deelnemers en minder op de bedrijfsvoering van GBLT. Wel kunnen extra maatregelen nodig zijn zoals inhuur van medewerkers. Dan hebben we het over een financiële impact van maximaal enkele honderdduizenden euro’s. De inschatting is dat bij de aanname van de crisis tot enkele maanden, de productie en daarmee de continuïteit, voldoende is geborgd. Bij hoger oplopende schade kan in overleg met de opdrachtgevers van GBLT de begroting worden aangepast voor extra financiële middelen.